Als de combinatie geneesmiddelen en verandering van leefstijl. niet voldoen, is het nodig om insuline te spuiten. In het begin zal de arts waarschijnlijk naast de geneesmiddelen en genomen maatregeln een extra dosis insuline voor in de avond of voor het slapen gaan voorschrijven, ter compensatie voor de glucose die de lever 's nachts aanmaakt. Sommige mensen met diabetes twee moeten direct beginnen met insuline spuiten, als ze niet voldoende insuline aanmaken, niet tegen bepaalde tabletten kunnen, enige contra-indicaties hebben of een grote behoeften hebben aan insuline door bijvoorbeeld een verwonding.

 Mensen met diabetes twee maken zelf nog insuline aan en hoeven dus minder te spuiten dan mensen met diabets 1, die helemaal geen insuline aanmaken. Hoe langer de diabetes (2) voorschrijdt, hoe minder de aanmaak van insuline of de gevoeligheid van cellen zal zijn, waardoor je extra insuline moet spuiten.

Insuline is er alleen in de vorm van een injectie, omdat die via het maagdarmkanaal door bepaalde enzymen word afgevroken en dus zijn werk niet kan doen.

Soorten insuline

Kort werkende insuline (gewone, zogenoemde ‘regular’ insuline) die je een halfuur tot kwartier voor de maaltijd neemt (actrapid, humuline, insuman rapid). Deze insuline werkt zes tot acht uur. Je gebruikt dit om op een korte termijn een sterke glucosestijging te reguleren, bijvoorbeeld bij een maaltijd.

Superkort werkende insuline (kortwerkende insulineanaloga) die je direct voor de maaltijd of soms meteen erna neemt (aspart, glulisine en lispro). Deze insuline werkt vier tot vijf uur. Deze verlagen de glucose al na 5 tot 15 minuten. Is voor patienten geschikt, die nog redelijk insuline maken. Geeft meer vrijheid om te eten wanneer en wat je wilt. Leidt minder snel tot een hypo, omdat het word afgebroken, zodra er glucose komt.

Langwerkende insuline (zeer langzaam opgenomen insuline) die heel geleidelijk werkt (na zes uur) voor ongeveer een dag aanhoud (insuline glargine en detemir). Deze insuline spuit je eenmaal per dag. Mensen met diabetes type 1 hebben een aanvullende sneller werkzame insuline nodig voor bij de maaltijd. Als je diabetes type twee hebt kan je hiermee soms volstaan.

Midddellang werkende insuline:Midddellang werkende insuline (matig langzaam opgenomen) die je bijvoorbeeld ’s avonds neemt (NPH-insuline). Deze insuline heeft het maximale effect pas na 4-8 uur en werkt daarna nog een paar uur door. Ligt eigenlijk tussen een kortwerkende en langwerkende insuline in. Deze worden gebruikt als de insuline behoeften hoog is.

 Mix insulines: Mix-insulines zijn combinaties van de andere insulinesoorten. Ze worden meestal twee keer per dag genomen, voor het ontbijt en voor de avondmaaltijd (bijvoorbeeld humuline NPH, lispro/lispro protamine, aspart/aspart protamine).